Statenkwartier van toen: De bollebozen uit de Bentinckstraat
door Karel Wagemans
Bollebozen, zo werden Dirk Tinbergen en zijn vijf kinderen, Jan Mien, Niko, Dirk jr. en Luuk, in het Algemeen Dagblad van 20 oktober 1973 genoemd. Al die intelligentie vond jarenlang onderdak in de Bentinckstraat 146. Om met vader Dirk (1874-1951) te beginnen: deze heeft in vakkringen indertijd vooral naam gemaakt op het gebied van de vroege Nederlandse letterkunde. In dat verband worden hier slechts genoemd de door hem bewerkte uitgaven van Beatrijs (1925) en Van den Vos Reinaerde (1926), die nadien vele herdrukken hebben beleefd. Na zijn promotie te Leiden zag hij zich in 1901 benoemd tot leraar Nederlands aan de gemeentelijke HBS in de Raamstraat. In 1920 maakte hij vervolgens de overstap naar het tweede stedelijk gymnasium, dat in 1946 een herstart maakte als het Maerlant-Lyceum. Tinbergen was toen al niet meer aan die school verbonden – hij ging in 1939 met pensioen – maar hij onderhield nog wel regelmatig contact met diverse van zijn oud-collega’s. Gezien zijn grote bewondering voor de Dietse schrijver Jacob van Maerlant, lijkt het dan ook niet onwaarschijnlijk dat de naam van het nieuwe lyceum (mede) door Tinbergen is gesuggereerd.

Vader Dirk Tinbergen. Foto uit het Algemeen Dagblad d.d. 20-10-1973
In 1902 trouwde hij met Jeannette van Eek (1877-1960), dochter van zijn vroegere wiskundeleraar, en zelf als onderwijzeres werkzaam geweest aan de openbare lagere school in de Van Swindenstraat. Tot 1912 woonden zij in de Van Bylandstraat 98 in het Regentessekwartier en daar zijn hun oudste vier kinderen geboren: Jan in 1903, Mien in 1905, Niko in 1907 en Dirk in 1909. Na de verhuizing in 1912 naar de Bentinckstraat 146 werd op dat adres in 1915 hekkensluiter Luuk geboren. Hij en zijn zuster hebben de lessen gevolgd aan het eerste stedelijk gymnasium (sinds 1946 het Haganum genoemd) aan de Laan van Meerdervoort, zijn oudere broers gingen naar de toenmalige HBS aan de Stadhouderslaan. Ze hebben dus geen van allen bij hun vader in de klas gezeten. Deze had niettemin thuis een groot aandeel in de totstandkoming van hun verzorgde taalgebruik en gedegen kennis van de Nederlandse literatuur. Het heeft er overigens niet toe geleid dat zij zich zelf tot een universitaire studie in die richting voelden aangetrokken. In Leiden werd het voor Jan wis- en natuurkunde en voor Niko en Luuk biologie, in Amsterdam voor Mien de Duitse taal en letteren, en in Delft voor Dirk jr. de werktuigbouwkunde.

Bentinckstraat 146-152. Geheel links het (ouderlijk) huis van de Tinbergens van 1912 tot 1943 (2013, HGA/Willem Vermeij)
Al die studerende kinderen betekenden natuurlijk hoge financiële lasten voor hun vader, die zich hierdoor genoodzaakt zag in de avonduren tevens les te gaan geven aan de gemeentelijke handelsschool. Hij was hierdoor veel van huis, maar die opoffering getroostte hij zich graag en zonder verdere ophef. Bescheidenheid was een karaktertrek die de Tinbergens kenmerkte. Zich op de borst slaan was er voor hen niet bij. Van vader Dirk was alom bekend dat hij niet graag op de voorgrond trad. En bij zijn dochter Mien was het zelfs zo, dat de familie pas na haar dood in 2006 voor het eerst, vernam dat zij tijdens de Tweede Wereldoorlog tientallen joodse kinderen een veilig onderkomen bezorgde en hiervoor de Yad Vashem onderscheiding had gekregen. Wat de Nobelprijswinnaars Jan en Nico betreft: die vonden over en weer, dat eerder de prestaties van de ander geprezen dienden te worden dan de eigen. Van de vijf kinderen woonde in 1935 alleen Luuk nog thuis in de Bentinckstraat. Zijn zuster was in 1934 naar Eindhoven verhuisd om daarginds lerares Duits aan het Lorentz-Lyceum te worden en zijn broers waren inmiddels na hun afstuderen getrouwd: Jan in 1929, Niko in 1932 en Dirk jr. in 1934.

De Zweedse koning Gustaf Adolf reikt Jan Tinbergen de Nobelprijs uit (1969)
Jan Tinbergen – op dat moment verbonden aan het Centraal Bureau voor Statistiek – betrok samen met zijn vrouw de bovenwoning Tesselsestraat 39. Later zouden zij in de Vogelwijk gaan wonen. In 1933 werd hij buitengewoon hoogleraar Statistiek te Rotterdam om vervolgens samen met zijn gezin naar Genève te vertrekken, waar hij enkele jaren werkzaam was als economisch adviseur van de Volkenbond. Zijn broer Niko Tinbergen maakte een uitzonderlijke huwelijksreis door in het kader van het Internationale Pooljaar 1932/1933 samen met zijn vrouw deel te nemen aan een poolexpeditie naar Groenland. Zij verbleven er anderhalf jaar tussen de Eskimo’s om de biologisch-evolutionaire ontwikkelingen bij verschillende vogelsoorten aldaar vast te leggen. Dat observeren van dieren en hun gedragingen boeide Niko als jongen al. In de achtertuin van de Bentinckstraat had hij twee grote aquaria staan om door hem gevangen stekelbaarsjes te observeren bij hun nestbouw. Broer Dirk jr. ten slotte woonde met zijn vrouw in Delft. Zijn huwelijk hield echter geen stand en eindigde vier jaar later in echtscheiding. Hij hertrouwde in 1939, het jaar waarin ook Luuk Tinbergen in het huwelijk trad. Die en zijn vrouw namen nog enige tijd de intrek bij zijn ouders, maar aan deze gemeenschappelijke bewoning van Bentinckstraat 146 kwam met de evacuatie van 1942/1943 een eind. Vader Dirk en zijn vrouw zijn er nadien niet teruggekeerd; hun nieuwe adres werd Sinaasappelstraat 58 in de Vruchtenbuurt. Hij overleed in 1951 na een maagoperatie.

Detectie van gaslekken. Links Dirk Tinbergen jr. (1964, HGA)
Van de vier broers heeft Dirk Tinbergen jr. waarschijnlijk het meeste voor Den Haag betekend. Van 1963 tot 1974 was hij directeur van het gemeentelijk energiebedrijf (GEB) en gaf uit dien hoofde sturing aan de enorme klus om de overgang in het gebruik van fabrieksmatig gemaakt stadsgas naar het natuurlijke product uit Slochteren zonder grote problemen te laten verlopen. Deze baan noodzaakte tot zijn verhuizing uit Heemstede naar hier, waar hij aan de Ooievaarlaan 31 in de Vogelwijk ging wonen. Voor hem dus geen hoogleraarschap, dat zijn broers wèl ten deel viel. Jan Tinbergen, van 1945 tot 1955 directeur van het Centraal Planbureau, werd in 1957 benoemd tot hoogleraar Wiskundige Economie te Rotterdam en is dat tot 1973 gebleven. Van 1975 tot 1976 bekleedde hij dan nog de Cleveringaleerstoel aan de Leidse Universiteit op grond van de bijzondere aandacht voor politieke en sociale vraagstukken, die hij tijdens zijn academische carrière steeds aan de dag had gelegd. Niko Tinbergen was na een professoraat in de Experimentele Dierkunde te Leiden vervolgens van 1949 tot 1974 verbonden aan de Universiteit van Oxford, eerst als lector later als hoogleraar. Hij gaf toen onder meer college aan Desmond Morris, die in 1967 wereldwijd furore maakte met zijn boek The Naked Ape, een studie naar het gedrag van het zoogdier mens.

Niko Tinbergen toont de aan de Nobelprijs verbonden medaille (1973)
Als (aankomend) bioloog ging de interesse van Luuk Tinbergen vooral uit naar het observeren en registreren van de gedragspatronen bij vogels. Al voor zijn afstuderen te Leiden in 1939 had hij op dat vlak twee boeken op zijn naam staan, waarmee zijn reputatie als ornitholoog gevestigd werd. Als eerste was dat Veldkenmerken van steltlopers, zwanen, ganzen en eenden (1934), het tweede droeg de titel Roofvogels (1937). Zeer bekend werd zijn – meermalen herdrukte – Vogels onderweg (1949), waarin hij met tekeningen van eigen hand de vogeltrek over Nederland beschreef en de invloed die landschap, weer en wind daarop uitoefenden. In datzelfde jaar werd hij aangesteld als lector aan de Groningse Universiteit. Vijf jaar later volgde daar zijn benoeming tot hoogleraar in de Beschrijvende Dierkunde. In 1955 pleegde hij zelfmoord. Hoewel de jongste van de vier was Luuk aldus de eerste broer die ging. Niko stierf in 1988, Dirk jr. in 1992 en Jan in 1994. Een jaar eerder had hij thuis aan de Haviklaan 31 nog bezoek ontvangen van de vroegere leider van de Sovjet-Unie Michail Gorbatsjov, die een groot bewonderaar van hem was. In 2021 verscheen de biografie Jan Tinbergen: een econoom op zoek naar de vrede door Erwin Dekker.

Eerste druk van Vogels onderweg (1949)
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!